De Sangiovese is zonder twijfel één van de bekendse Italiaanse druivensoorten.
Als ware is het een kameleon, u kan deze druif in diverse gedaantes tegenkomen.
We vinden ‘m zowel terug in de droge als in zoete wijnen, maar ook in diverse smaakstijlen. De smaak van de Sangiovese rode wijn is dan ook afhankelijk van de streek, de vinificatiemethode en de appellatie.
Hoewel wordt aangenomen dat de bakermat van Sangiovese in Toscane ligt, heeft DNA-onderzoek uitgewezen dat dit ras gedeeltelijk uit het zuiden van Italië komt.
De druif zelf laat zich kenmerken door zijn violetkleurige zwarte schil. Het is een van de meest beroemde Italiaanse druiven. De druif zelf rijpt echter erg laat, wat wel eens problemen veroorzaakt bij het oogsten ervan. Hierdoor kan de prijs van een Sangiovese wijn wel eens sterk schommelen. Typerend voor de Sangiovese druif zijn overigens zijn hoge aciditeit, zijn stevige tannine en zijn aroma’s van wilde specerijen en donker fruit.
Toch is het moeilijk om enkele essentiële kenmerken van de Sangiovese wijn te omschrijven. De verschillende klonen resulteren immers allemaal in andere smaken.
Echter zijn er alsnog enkele kenmerken die de verschillende Sangiovese wijnen kenmerken. Zo heeft het een traditionele en pure stijl. Veroudering blijkt echter cruciaal te zijn voor smaakverschillen.
Een jonge Sangiovese wijn zal bijvoorbeeld eerder fruitig smaken. Onder andere de smaak van zure krieken, kersen, cassis en bramen zijn dan niet ongewoon. Tijdens het verouderingsproces verdwijnen die smaken eerder naar de achtergrond en krijgen de tertiaire aroma’s de bovenhand. Denk bijvoorbeeld aan truffelaroma’s, smaken van paddenstoelen en een vleug van bosgrond.
Je merkt meteen wanneer Sangiovese niet puur wordt gebotteld, maar het gezelschap krijgt van een klein percentage andere druivenrassen. De traditionele, pure stijl gaat verloren en de wijn krijgt een meer ‘internationale’ uitstraling.
De Sangiovese wijn verandert fenomenaal van karakter door veroudering.
Kommentarer